We zijn allen kinderen van God, zegt Paulus in zijn brief aan de Romeinen waaruit we zondag in de liturgie lezen (Rom. 8,14-17). Dat is een sterke uitspraak. Want als kinderen van God zijn we nauw verwant aan Hem. Ouder-kind is de meest nauwe verwantschap die er kan zijn. Dus wil Paulus zeggen dat we heel dicht bij God horen. Zoals kinderen horen bij hun ouders. En zoals omgekeerd ouders niet kunnen zonder hun kinderen. Zo horen wij bij God. Hij kan niet zonder ons. En wij kunnen niet zonder Hem, als we ons echt zijn kinderen weten. Maar voor Paulus is het zo: wij zijn kinderen van God.
Paulus stelt daar wel een voorwaarde bij. Wij zijn kinderen van God als we ons laten leiden door zijn Geest. Gods Geest moet in ons zijn werk kunnen doen. Wij mogen die geest niet verstikken. Gods Geest moet in ons kunnen ademen, ons doen en laten mee bepalen en richting geven.
We denken misschien: is daar iets bijzonders voor nodig? Het antwoord is: niets bijzonders. We hoeven daar geen speciale dingen voor te doen. Gewoon door te zijn wie we zijn, maar altijd wetend dat we kinderen van God zijn. Dat Hij in ons aan het licht wil komen. Dat Hij in ons ademt, door ons spreekt, vanuit ons leeft. De beste manier om te weten of dat wel zo is, is als mensen in de omgang met ons deugd beleven. Als ze vreugde ondervinden door de ontmoeting met ons. Dan werkt de Geest van God in ons.
Met velen kinderen van God
Er is nog iets verbonden aan dat kindschap van God. Wij zijn niet Gods enig kind. We zijn met velen ‘kinderen van God’. We delen met alle mensen rondom ons in het kind zijn van God. Dat schept een unieke band tussen ons allen. Die band maakt dat we gelijken zijn van mekaar, als zusters en broeders. Niemand is meer of minder kind van God. Allen tellen wij evenveel voor die Vader die God is. En Hij op zijn beurt zet ons aan om naar elkaar om te zien, naar de zwaksten van onze medebroeders en medezusters nog het eerst van al. Want ook zo is Hij onze Vader. De verguisde zondares, de verloren zoon, het weggelopen schaap, ze blijven welkom in zijn Vader- en Moederliefde.
Op het feest van Drie-eenheid vieren wij dat diepe mysterie van Gods onvoorstelbare liefde. Die liefde doet Hem als een Vader, als een Moeder voor ons zijn. En zij maakt ons tot zijn kinderen. Het is een geheim waarvoor wij dankbaar mogen zijn. En dat tegelijk een grote opgave en zending naar elkaar toe inhoudt.
Jos Houthuys