“Te Lourd’op de bergen verscheen in een grot,
vol glans en vol luister, de Moeder van God.”
Zo begint het wereldbekende lied over de verschijningen van Maria in Lourdes. De componist is iemand van bij ons: Constant Verhulst uit Berlaar, koster-organist aldaar. Sommige musici hebben geen hoge pet op van dit bekende liedje. Ze vinden de muziek nogal simpel. Daarover hoorde ik ooit de volgende anekdote. Constant Verhulst kwam eens een bekend Vlaams componist tegen. Die liet hem verstaan dat hij de muziek van ‘Te Lourd’op de bergen’ niet veel zaaks vond. Waarop Constant droogjes zou hebben geantwoord: “Ik weet niet hoe het met uw composities zit, beste collega, maar de mijne wordt wel overal ter wereld gezongen." En dat is een waarheid als een koe. Het lied wordt gezongen van in China tot aan de Noordpool, om het zo te zeggen. En dat heeft natuurlijk te maken met de populariteit van Lourdes.
Want Lourdes is zonder enige twijfel de bekendste Mariabedevaartplaats ter wereld. Van overal komen mensen daar om bemoediging te vinden bij Maria. Ook vanuit onze streken. Denken we maar aan de jaarlijkse bedevaarten van de Belgische bisdommen en van Intersoc (de vroegere KWB/KAV-bedevaart). Ik ken ook meerdere mensen, koppels, die proberen elk jaar naar Lourdes te gaan. En op vele plaatsen in ons land vinden we ‘Lourdesgrotten’, copieën van de eigenlijke grot in Lourdes. Daar kunnen mensen die niet in Lourdes zelf geraken komen bidden, een kaarsje opsteken of een bloemetje brengen.
Op 11 februari viert men overal ter wereld de feestdag van Onze-Lieve-Vrouw van Lourdes: Maria die te Lourdes vereerd wordt. Deze verering gaat terug op de achttien verschijningservaringen die het arme meisje Bernadette Soubirous heeft gehad tussen 11 februari en 16 juli 1858. Op 11 februari ging ze met enkele vriendinnetjes hout sprokkelen langs de rivier de Gave, vlakbij het stadje Lourdes. Plots ziet zij ‘iets’ bovennatuurlijks: een meisje dat naar haar glimlacht en haar wenkt om te komen. Het oude lied vat meerdere verschijningen samen:
“Zij riep Bernadette, een nederig kind.
‘Wie zijt gij, vroeg ’t meisje, die u daar bevindt?’
‘Ik ben d’onbevlekte en zuivere maagd,
gans vrij van de zonde heb ik God behaagd.’"
Pas op 25 maart zegt het meisje wie ze is, in het plaatselijk dialect: “Que soy era Immaculada Councepciou” – Ik ben de Onbevlekte Ontvangenis. Het dogma van de onbevlekte ontvangenis van Maria was vier jaar eerder, in 1854, afgekondigd. Tevoren had Maria Bernadette al uitgenodigd om de rozenkrans te bidden en om boete te doen voor de zondaars. Ze liet haar ook drinken uit een bron die er ontsprong. Later vraagt Maria aan Bernadette om aan de plaatselijke priesters de boodschap te brengen dat ze wenst dat er een kapel wordt gebouwd op de plaats van de verschijningen. Dat wordt allemaal bezongen in het oude lied:
"Zij deed er ontspringen een klare fontein
met helende waat'ren, als waar medicijn.
‘lk wil hier een tempel, op Massabiëls rots.
Ik zal hier doen schitt'ren, de wonderen Gods!
Dat pelgrims hier komen, van wijd en van zijd:
'k zal zalving hier geven aan ieder die lijdt.’"
Bernadette heeft eerst heel wat tegenstand meegemaakt van de kant van de politie en van de plaatselijke geestelijkheid. Maar meer en meer mensen kwamen naar Lourdes zien wat er gebeurde, hoewel ze zelf niets zagen, maar enkel Bernadette die in gesprek scheen met iemand. Op 16 juli, feest van Onze-Lieve-Vrouw van de Karmel, gebeurt de laatste verschijning. Enkele jaren later zal Bernadette in het klooster gaan in Nevers, ver van Lourdes, en een verborgen leven leiden tot aan haar dood in 1879.
Maar mensen blijven op bedevaart komen in Lourdes. Een heiligdom werd gebouwd en steeds meer uitgebreid. Zieken vinden er troost en soms zelfs genezing. Velen ontvangen er kracht. Lourdes is een plaats geworden waar mensen van overal ter wereld zich thuis voelen. ‘Thuiskomen bij Maria’, zo kan je het Lourdesgebeuren omschrijven. Met name op 11 februari denken we daaraan en weten we ons verbonden met zovele mensen die zich thuis voelen bij moeder Maria. En we vragen Maria voor hen en voor ons te bidden.
Pater Benno Haeseldonckx.