Volwassenen die christen willen worden en wat ze betekenen voor geloofsgemeenschappen. Daarover schrijft bisschop Van Looy in zijn brief in Kerkplein.
In de paasnacht zullen ook dit jaar weer een aantal jongvolwassenen gedoopt worden. Ze bereiden zich reeds maanden voor en op de eerste zondag van de veertigdagentijd worden ze officieel als catechumenen aanvaard in de kathedraal. Gedurende de chrismaviering in de Goede Week worden ze gezalfd. De paaswake herinnert er ons aan dat de drie sacramenten van doop, vormsel en eucharistie samen horen, en dat ze eigenlijk in die volgorde dienen toegediend te worden. Dit jaar verwachten we in het bisdom Gent dat een twintigtal mensen deze sacramenten zullen ontvangen in de Kerk tijdens de paaswake.
Zij doen ook de gelovige gemeenschap nadenken over de weg die telkens weer afgelegd dient te worden naar Pasen.
Hun doop is een uitstekende gelegenheid om over onze gemeenschap na te denken, open te staan om deze nieuwe geloofsgenoten op te nemen en te begeleiden. Bij het doopsel worden niet enkel hun zonden vergeven, maar worden ze definitief lid van onze gemeenschap. We hebben daarom de verantwoordelijkheid om hen vreugdevol te onthalen en door ons voorbeeld de weg te wijzen naar een geëngageerd christelijk leven.
De komende veertigdagentijd is een tijd van bekering. De catechumenen zijn ons hierbij tot voorbeeld. Ik kan alleen maar de parochies aansporen een goede begeleiding te verzekeren, vaak zal dat zijn door enkele mensen uit te nodigen om het proces van voorbereiding met de catechumeen samen af te leggen. Ik herinner me dat in Korea, mijn vroeger missieveld, het de gewoonte was dat gelovigen op zoek gingen naar mogelijke catechumenen, die ze dan in de voorbereiding van heel dicht bij begeleidden. Ze namen deel aan de catechesemomenten en velen van hen werden dooppeter of doopmeter. Er waren dan ook vaak meer dan honderd volwassenendopen in de parochies per jaar. De ganse gemeenschap werd betrokken bij de voorbereiding en bij de doop-en vormselviering en de eerste communie.
Er zijn verschillende redenen waarom mensen verlangen gedoopt te worden. Sommigen werden als kind niet gedoopt omdat hun ouders hen wilden vrij laten om later zelf te beslissen. Anderen zijn in een andere culturele context geboren en hadden (bijvoorbeeld wegens oorlogssituaties) niet de mogelijkheid toe te treden tot de Kerk. Er zijn er ook die door het getuigenis van gelovigen in onze steden en dorpen ontdekt hebben dat geloof een belangrijke factor is in het leven. In de gesprekken gedurende de voorbereiding op de paasviering drukken de catechumenen een intens verlangen uit naar die grote stap. De begeleidende gelovigen en ook de gemeenschap worden daardoor telkens weer uitgedaagd om hun eigen geloof te verdiepen.
Het proces van de vorming van de nieuwe parochie in ons bisdom biedt een bijzonder gunstige kans om de gemeenschap bewust te maken van de missionaire opdracht van de Kerk.
Wanneer we belang hechten aan de integratie in de gemeenschap van deze geloofsleerlingen, dan geldt dat eigenlijk niet minder bij de kinderdoop. Reeds lange tijd suggereren we dat kinderen niet uitsluitend in familieverband gedoopt worden, maar dat het een belevenis moet zijn van de christelijke gemeenschap. Een nieuw lid wordt opgenomen door het sacrament. Daar hebben we allemaal belang bij, want een kind wordt ‘ons’ geboren. De deelname van de gemeenschap aan de doopliturgie bemoedigt en versterkt het eigen geloof. Ze vindt hierin dankbaarheid en ontroering om de vruchtbaarheid van het geloof.
Goede vrienden, we verwelkomen de catechumenen in ons midden, hartelijk en vreugdevol. We engageren ons om ze te begeleiden op de weg naar het doopsel, op de weg naar Pasen.
Ik nodig alle parochies en gemeenschappen uit om zodanig Kerk te zijn dat iedereen welkom is, dat nieuwe geloofskandidaten zich kunnen aanbieden en ondervinden dat de Kerk een plaats is waar warmte en vertrouwen uitdrukking zijn van het geloof dat we van Christus ontvangen.