Inleiding
Zusters en broeders, beste vrienden,
We zongen zopas:
"O Heer, kom met kracht.
Zie ons verdorde land, hoor ons belijden:
alleen uw sterke hand kan ons bevrijden."
We komen samen om de eucharistie te vieren, en dat doen we op een bijzondere dag, want dit is de eerste dag van de noveen van de Heilige Geest.
De Heilige Geest is de kracht van God die in ons werkt. Hij is degene die ons inspireert, leidt en troost.
Hij is degene die ons helpt om Jezus te volgen en om vrede te brengen in de wereld.
De vrede is een kostbaar geschenk. Het is iets waar we allemaal naar verlangen, maar het is niet altijd makkelijk om te vinden. In de wereld om ons heen zien we veel conflicten en geweld. Er is haat en verdeeldheid. Maar God belooft ons vrede. Hij belooft ons dat de Heilige Geest ons zal leiden naar een wereld waar liefde en rechtvaardigheid heersen.
In deze eucharistieviering en negen dagen lang bidden we met aandrang om de kracht van de Heilige Geest. We bidden dat Hij ons zal vervullen met zijn liefde, vrede en vreugde. We bidden dat Hij ons zal helpen om Jezus te volgen en om vrede te brengen in onze families, onze gemeenschappen en onze wereld.
Laten we aan deze viering deelnemen met open harten en met een verlangen naar vrede. Laten we ons openstellen voor de Heilige Geest en laten we ons leiden door zijn liefde.
Lezingen
Handelingen 18,9-18 ; Johannes 16, 20-23a
Homilie
Beste vrienden,
De rode draad doorheen de twee lezingen van vandaag is de moed om vol te houden en te blijven hopen in tijden van oppositie. In geen van de twee lezingen komt het woord heilige Geest voor. En toch is Hij aanwezig in iedere zin. Want telkens gaat het om kracht in situaties van tegenstand.
Het geloof in de heilige Geest, wordt vandaag bij velen op de proef gesteld. En daar zijn menselijkerwijze gesproken voldoende redenen voor. Zondag ll. werden we uitgenodigd om als christenen van Oost en West te bidden voor vrede en voor elkaar. Het lijden van onze broeders en zusters moet ons tijdens de Pinksternoveen voor ogen staan.
We moeten dringend bidden om wereldvrede.
Ik denk speciaal aan het Midden-Oosten. De gruwelijke afslachting door Hammas heeft een oorlog op gang gebracht die alle vergelding verre overschrijdt. Wat gebeurt in Palestina is geen weerwraak. Dit is de afslachting van een hele bevolking.
Een land als België mag zeker Oost-Congo niet vergeten. Een humanitair en militair fiasco.
Ook in Oekraïne gaat de oorlog verder.
Ik las de ontroerende woorden van de Aartsbisschop Sviatoslav Shevchuk naar aanleiding van Pasen. We kunnen ze op alle situaties toepassen. Hij schreef: “Tientallen raketten, bommen en drones vernietigen elke dag en nacht steden en dorpen, waarbij burgers omkomen. We hebben niet het recht om aan deze gebeurtenissen te wennen.” En dan doet hij een oproep, met een verwijzing naar de icoon van de Anastasis, waarbij de verrezen Jezus Adam en Eva uit de onderwereld trekt en tot leven brengt: “Christenen, laten we aan beide kanten van de frontlinie de hand van Christus zijn die onze broeders en zusters, vrouwen, artsen en geestelijken uit de hel van de gevangenschap trekt!” In dit geval: de hel van de oorlog. Ja, vrienden, “laten we de hand van Christus zijn”. Als we dat doen, worden we zelf levende iconen, en dus de aanwezigheid van de verrezen Heer.
Maar wat kan de Geest van vrede bewerken in harten die door angst beklemd zijn? Hoe kan Hij hoop brengen? Gisteren vierden we Hemelvaart: Jezus’ universele heerschappij en de Kerk als sacrament van de eenheid. Wat ons samenbrengt is niet de angst voor een gemeenschappelijke vijand. Angst kan een goede boodschapper zijn, maar hij blijft een slechte leermeester. In angst zit er iets anti-bijbels, iets anti-evangelisch.
Paulus schrijft aan Timoteüs: “God heeft ons niet een geest van lafhartigheid gegeven, maar een geest van kracht, liefde en bezonnenheid” (2 Tim 1, 7). Paulus’ vrijmoedigheid (zijn “parrèsia”) kan ons inspireren. Het moedig getuigen van ons geloof en onze hoop hoeft geen uitdrukking van arrogantie te zijn. Veel mensen waarderen iemand die durft zeggen waarvoor hij staat, zolang er geen eigendunk bij is. Bonhoeffer zei dat we getuigen “in naam van Hem, die de overwinningskreet van de van angst verloste mensheid is – Jezus Christus, de gekruisigde en levende.” Het gaat hier dus niet om persoonlijk bravoure. Tijdens een nachtelijk visioen hoort Paulus de woorden: “Wees niet bevreesd maar spreek en zwijg niet”. Dat is de Geest van Pinksteren die de angstige apostelen herschept tot moedige verkondigers. Nadat ze de Geest ontvangen hebben is er geen schrik meer voor tegenstand, vervolging en zelfs niet voor de dood. Het Nieuwe Testament is een boodschap van hoop. Daarom is het de Blijde Boodschap. Maar hoop krijgt zijn betekenis maar tegen de achtergrond van effectieve beproeving. Het geloof op zich beschermt ons nog niet tegen angst. Jezus zelf werd met grote angst geconfronteerd in de Hof van Olijven (Lc 22, 42).
Maar het is omdat Jezus de angst overwon dat wij in zijn naam de angst overwinnen. Onze hoop komt helemaal van Hem.
Waarom spreek ik over dit thema? Omdat de lezingen van vandaag inspelen op wat veel christenen beleven.
Durven we, in de kracht van Jezus’ Geest, getuigen van zijn hoop? Of proberen we te ontsnappen aan angst en schrik.
Ontlopen we niet de pijn die de prijs is van duurzame vruchtbaarheid? We hoorden in het evangelie: “Wanneer de vrouw gaat baren is zij bedroefd omdat haar uur gekomen is; maar wanneer zij het kindje ter wereld heeft gebracht denkt zij niet meer aan de pijn, van blijdschap dat er een mens ter wereld is gekomen.” Geen strijd zonder pijn. We zijn christen in de overtuiging dat ons hart kracht zal vinden in Jezus’ trouwe nabijheid. Hij is onze hoop. Hij belooft ons de vreugde van het “ter wereld brengen” – de vreugde van de vruchtbaarheid. Een vreugde die niemand ons kan ontnemen.
Laat mij eindigen, vrienden, met de herhaling van enkele woorden uit het Openingsgebed: “Vader, richt onze ogen zó op onze Heer Jezus, dat wij Hem gaan weerspiegelen, en dat zijn heerlijkheid zichtbaar wordt in ons” (Openingsgebed). De realisatie daarvan, dat is het werk van de heilige Geest in ons.