Onze hedendaagse samenleving is een vrije samenleving. We kunnen als mensen vrij leven. Onze voorouders hebben daarvoor gestreden. Geloof vandaag heeft die vrijheid nodig. We kunnen persoonlijk kiezen om een bepaalde geloofsovertuiging aan te houden. Zo is ook het christelijk geloof een vrij antwoord van een individuele persoon aan God die met elke mens in relatie wil treden.
Laten we zorgvuldig met die vrijheid omgaan en erover waken. Want er is aan vrijheid ook een andere zijde verbonden. We nemen bv niet zomaar alles voor waarheid aan en laten ons niet zomaar wat op de mouw laten spelden. We zijn meer anti-gezag geworden. En als er over waarheid gesproken wordt, zien we dat als een relatief begrip. We gaan ons ook meer als consument gedragen en kiezen op alle gebied uit het aanbod . Ook als mensen naar de kerk komen om een sacrament te vragen, gebeurt dit vaak vanuit een consumentenmentaliteit. ‘Wij vragen het sacrament van het huwelijk, we betalen ervoor, dan moet het ook zijn, zoals wij dat willen.’ Nog niet zolang geleden kreeg ik een de volgende reactie bij de voorbereiding op een sacrament; die moet vrijblijvend : ‘De Kerk mag nog content zijn dat we willen komen.’ Het individualisme komt ook sterk terug bij uitvaarten. Het moet over de persoon van de overledene gaan. Niet God staat centraal, maar de mens. ‘Leerling van Jezus zijn? We zullen hem eens leren wat het is om christen te zijn.’
Vanouds volgen christenen niet zomaar de heersende cultuur. Ze trachten in de heersende cultuur een nieuwe cultuur te creëren. Paulus schrijft het ergens: ‘Wordt andere mensen, met een nieuwe visie. Dan kan je uitmaken wat God van je wil, wat goed is, zeer goed is en volmaakt.’ (Rom 12,12) Dat was het dan ook wat Jezus aan zijn leerlingen leerde en waarom ze met hem moesten optrekken. De leerlingen mochten daar ervaren hoe Jezus van hen hield en trouw was aan hen. Tegelijk kregen ze als het ware een neus voor wat hen in de cultuur vrij maakte of wat hun eerder tot slaaf maakte. Vandaar is het goed om vandaag het leerlingschap van Jezus terug te ontdekken.
Jezus is geïnteresseerd in het hart van zijn leerlingen.
Als Jezus de vraag stelt: ‘Wat verlang je?’, dan peilt Hij naar ons hart. Dan peilt Hij naar ons geluk. Dan peilt Hij naar onze vredeswens. Van het hart van Jezus weten we dat het de grootste geheimen bewaart, een onvoorwaardelijke liefde kent en bereid is om tot het uiterste te gaan. Aan Jezus’ trouw hoeven we niet te twijfelen. Onze eigen trouw, onze eigen ingesteldheid moeten we wel durven onderzoeken. Hoe zit het met onze intenties? Maakt ons handelen onszelf en de andere vrij of gelukkig? Kunnen we er diepe vrede mee vinden?
De Kerk heeft leerlingen nodig.
De leerlingen van Jezus zijn niet perfect. Ze kennen hun gebrokenheid en weten die ook voor de Heer te brengen. Maar ze willen vooral trouw zijn aan Jezus en open staan voor zijn Heilige Geest. Het zijn mensen die Jezus aanwezig weten in hun leven en durven zeggen: ‘Hier ben ik, Heer.’ Aan die leerlingen heeft Jezus zijn zending toevertrouwd om erop uit te gaan en die vreugde te delen met alle mensen opdat ze Hem ook beter kunnen leren kennen.
Hierbij enkele vragen ter reflectie?
- Kunnen we onszelf zien als een leerling van Jezus?
- Zien we ons samen met Jezus en andere leerlingen – onze broeders en zusters – op weg gaan om het evangelie vandaag te beleven en uit te dragen?
Laten we in deze tijd vooral bidden om de heilige Geest die ons hart kan openen om te groeien als leerling van Jezus.
Emmanuel Vidts, pastoor en deken van Zottegem
[Dit is het vervolg van het artikel ‘Op weg naar een pastoraal plan’, dat eerder is verschenen.]