Lezingen 29ste zondag door het jaar
“De onrechtvaardige rechter en de weduwe”
Beste mensen,
Al de teksten van vandaag gaan over het blijven volharden in gebed. In het verhaal van de eerste lezing gaan de Israëlieten de strijd aan met de Amalekieten. Ze blijven aan de winnende hand zolang Mozes maar zijn handen en zijn staf in gebed naar de hemel blijft reiken. Wanneer hij moe wordt, gaan ze hem ondersteunen om het gebed toch maar niet te laten verminderen. Volhouden, Mozes !
In de tweede lezing wordt aan Timoteus gevraagd om Gods boodschap bekend te maken, het maakt niet uit of ze willen luisteren of niet. Hij moet veel geduld opbrengen. Volhouden, Timoteus !
En in die prachtige evangelielezing staat daar een arme weduwe tegenover een rechter. De weduwe dat is “de machteloze”. In Jezus' tijd had een vrouw alleen aanzien en sociale betekenis door afhankelijk te zijn van haar man. De rechter, dat is “de macht”. In Jezus’ tijd was hij niet alleen, zoals nu bij ons, de toepasser van het recht. Hij máákte zelf het recht. Hij was bij zijn rechtspraak totaal oppermachtig. En dan zijn willekeur en misbruik natuurlijk onvermijdelijk. Macht houdt geen rekening met machtelozen. Dat is de nuchtere waarheid van de wereld, vroeger én nu. En die arme weduwe maakt het de rechter moeilijk, niet omdat ze roept en tiert, maar omdat ze steeds weer eenvoudig om hulp komt vragen. Volhouden, beste weduwe !
En de rechter geeft toe, niet omdat hij dat rechtvaardig vindt, maar om van haar gezaag af te zijn. Het geweldloze aandringen heeft een grotere kracht dan geweld en onrecht. Het geweldloze verzet van Martin Luther King was een krachtig wapen tegen racisme en ongelijkheid. Het stille ingetogen verzet van Mahatma Gandhi leidde uiteindelijk naar de onafhankelijkheid van India.
En dan zegt Jezus: ‘wanneer zelfs zo’n onrechtvaardige rechter zwicht voor de aanhoudende vraag van de weduwe, hoeveel te meer dan zal uw hemelse Vader in al zijn goedheid naar u luisteren ?’
En hier gaan we naar de kern van de boodschap van vandaag: het aanhoudend gebed wordt steeds verhoord. We moeten er alleen voor oppassen dat we dit juist interpreteren. Wanneer bijvoorbeeld iemand ziek is, zullen wij een extra gebedje doen, een kaarsje branden, misschien zelfs op bedevaart gaan. Maar wat verwachten wij dan eigenlijk ? Wat MOGEN wij verwachten ? Wanneer we denken en hopen dat dat gebedje ervoor zal zorgen dat de examens zullen lukken of dat het kaarsje een miraculeuze genezing zal teweegbrengen, zijn we er meestal aan voor de moeite. Ik mocht reeds vele malen zieken begeleiden op bedevaart naar Lourdes. Nooit heb ik een genezing mogen zien. Wat ik wel mocht ervaren was dat één van de zieken tijdens de terugreis mijn hand vastpakte en ontroerd zei ‘mijnheer, we kunnen er weer een jaar tegen’. Van een wonder gesproken !
De basis zou altijd het vertrouwen op God moeten zijn, het geloven dat Hij weet wat goed is voor de mensen. Wanneer iemand zwaar ziek is, bidden wij om genezing, zodat die mens nog wat meer van het leven kan genieten en dat wij hem nog wat langer bij ons zouden hebben. Heel mooie bedoelingen, maar misschien is het lijden van die mens wel zo groot dat het afscheid ook een bevrijding kan zijn. Geloven dat God, als een goede Vader, weet wat goed voor ons is.
De lezingen van vandaag zeggen ons dat we naar God mogen toegaan, dat we mogen zeggen wat op ons hart ligt, dat we mogen vragen wat we verlangen en … dat Hij ons zal verhoren. Maar let op: daarom niet noodzakelijk zoals wij het verwachten, maar op Zijn tijd en op Zijn wijze.
Daarom luidt de boodschap: blijf vertrouwen, blijf vragen, blijf hopen, blijf bidden. Misschien schenkt hij jou wel de kracht om verdriet te dragen, de moed om toch door te gaan en de liefde die je leven warmte geeft.
Amen.
Diaken Chrétien