Zoals mei de ‘Mariamaand’ wordt genoemd, zo werd in de hoogdagen van de devotie tot het heilig Hart van Jezus, juni ook wel ‘maand van het heilig Hart’ genoemd. Centraal daarin staat het hoogfeest van het heilig Hart van Jezus, dat gevierd wordt op de derde vrijdag na Pinksteren, dit jaar is dat op vrijdag 16 juni.
De viering van het H. Hart ontstond in Frankrijk op het einde van de 17de eeuw. In 1856 maakte Pius IX er een feest van voor de hele kerkgemeenschap. De devotie voor het heilig Hart van Jezus groeide in de tweede helft van de 19de en de eerste helft van de 20ste eeuw naar een hoogtepunt. Uit die periode dateren ook de bekende prenten en beelden van Jezus met een brandend hart op zijn borst, de H. Hartprocessies die onder impuls van H. Hartbonden overal te lande werden georganiseerd.
Dat het feest op een vrijdag gevierd wordt, is een duidelijke verwijzing naar Goede Vrijdag. Het geeft zo de band weer met de herdenking van Jezus’ lijden en sterven als uiting van zijn hartstochtelijke liefde voor de mensheid. Het hart van Christus is er nu een symbool van.
We kunnen dit feest biddend vieren.
In de Bijbel wordt het hart vaak beschouwd als het symbool van moed, vreugde en hartstocht. Sint-Augustinus (354-430) beschreef het hart als symbool van liefde. Middeleeuwse mystici beschreven hun ervaringen van de hartstochtelijke liefde van Jezus voor de mensheid. Deze liefde uit zich in de wil om te lijden en te sterven in het belang van de ander. Deze ingesteldheid kunnen ook wij tonen in ons engagement en onze zorg voor elkaar en voor alles wat ten dienste staat van de gemeenschap.
‘Mens voor de mensen zijn, herder als God. Trooster voor groot en klein, zo lief als God.’ (ZJ 509).