Lees ook het verhaal van H.Bavo door de man zelf verteld!
Of het verhaal van H.Bavo verteld door Mgr. Luc Van Looy.
Bekijk hier een animatiefilmpje.
Wie is nu Bavo, de patroonheilige van onze nieuwe Bavoparochie?
Geboren als Allowin
Omstreeks 586 in de omgeving van Luik ziet een rijke edelman het levenslicht. Zijn naam is Allowin. Sommige bronnen spreken evenwel van Alwin of Allowinus en kennen aan deze edelman zelfs de eretitel van ridder toe. Hij wordt daarom afgebeeld met een zwaard en een valk voor de jacht.
De naam ‘Allowin’ betekent zoveel als ‘winstbejag, geld, gewin’. In nagenoeg elke windstreek wordt de jonge schavuit gevreesd. Overal te lande staat Allowin bekend als een geweldbrenger, een echte bandiet, met een opvliegend karakter. Hij vreest God noch gebod en ligt voortdurend in de clinch met eenieder die zijn pad kruist.
Diezelfde Allowin laat zich eveneens onophoudelijk gaan in de ondeugden des levens. Een huwelijk met de dochter van de graaf Adilio, nochtans een zachtmoedig en vroom christen, brengt maar weinig verandering. Ja, in het liederlijke leven van (ridder) Allowin is God meer dan ooit afwezig…
Gezien door Jezus
Ondanks alles bemint Allowin zijn echtgenote met hart en ziel. Samen krijgen ze een dochter, Adeltrude of Adeltrudis genaamd.
Aangegrepen door het overlijden van zijn echtgenote raakt Allowin evenwel op de dool. Zijn leven heeft schijnbaar geen enkele zin meer totdat een zekere Amandus, een wijze Benedictijner-monnik, hem verhaalt over God en over Christus.
Gaandeweg raakt Allowin in de ban van al het moois dat Amandus hem vertelt. Allowin ervaart Gods nabijheid en in diens Zoon, Jezus Christus, ziet hij het ultieme bewijs van Gods onophoudelijke liefde voor de mens.
Allowin wil daarom zijn leven voortaan richten op die liefdevolle God. Hij schenkt al zijn bezittingen weg en volgt Amandus. Om te benadrukken dat hij een ander mens is geworden, kiest Allowin een nieuwe naam: Bavo, hetgeen ‘geliefde’ betekent.
Na zijn bekering trekt Bavo naar Gent om er monnik te worden in de abdij van Amandus.
Later zocht hij als kluizenaar een plek op in Mendonk waar hij volgens de legende de nachten met slechts een steen als hoofdkussen doorbrengt. Vast staat dat Bavo zich niet afsloot van de mensen. Mensen in nood wisten hem daar te vinden. Zo groot was zijn faam geworden! Ze kwamen hem opzoeken en ontvingen van Bavo troost en sterkte. Op 1 oktober circa 654 sterft Bavo en werd in Mendonk begraven. Op de plaats waar hij als kluizenaar leefde, staat nu een kapel (Spanjeveerstraat, Mendonk).
Iemand verwoordde het als volgt: “Welke parochie kan bogen op het verblijf van zo’n belangrijke heilige?”