Velen onder ons kennen ongetwijfeld het programma over Royalty’s op televisie. Met Epifanie, het feest van de Openbaring-Driekoningen, zouden de camera’s van dit programma er eigenlijk moeten bij zijn, nu er zich zoveel koninklijks in het evangelie presenteert. En zoals elk koningshuis van oudsher op zijn minst enige pittige aspecten heeft, zo gaat het ook met de koningen in de kerststory.
Herodes is niet bepaald een lievertje. Hij heeft reeds twee van zijn zonen om het leven laten brengen, en zijn oudste zoon, Antipater, stond nog op de wachtlijst. De evangelist Mattheüs laat koning Herodes konkelen met het corrupte establishment van Jeruzalem: allen zijn zij ongerust. Nu reeds is de intrige ingezet tussen Herodes de Grote en heel Jeruzalem met hem, tegen het kleine Jezuskind, de pasgeboren Koning der Joden. Aan een berekende kindermoord kan Jezus nog ontkomen… maar met Herodiaans geweld zullen zij Hem vinden, die Koning der Joden … later, op Goede Vrijdag.
Dan zijn er natuurlijk de wijzen. De traditie kleedt ze koninklijk, bont en een tikkeltje exotisch. Het oog van onze royalty-camera zeker waard. Het zijn allochtonen, buitenlanders, mannen uit den vreemde. Zie, ik zal u talrijk maken als de sterren aan de hemel, beloofde de Vader op de Scheppingsdag. Maar het oplichten van de Messiaanse ster komt niet in het gezichtsveld van Israël. De geboorte van dit koningskind blijft boekenpraat voor de high live in Jeruzalem … alleen mensen van buiten, herders en buitenlandse wijzen uit het oosten hebben oog voor het gebeuren. Een echte herder wordt immers buiten de koningsstad geboren in het Davidische Bethlehem.
Wijzen weten dat de kleine koning alleen te vinden is als zij alle ongeoorloofde zucht naar goud en wierook en mirre, naar rijkdom, eer en zelfgenoegzaamheid loslaten en uit handen geven.
Rijkdom, eer en zelfgenoegzaamheid zijn een sta in de weg voor Koning Herodes de Grote om de kleine Koning der Joden te vinden en om anderen onbevangen naar de Heer Jezus te laten gaan.
De openbaring van God in het Jezuskind wordt afkeer voor Herodes en voor heel Jeruzalem met hem; en toekeer voor wijzen en allen die van verre komen.
Laten wij voor anderen geen Herodes zijn of het establishment van Jeruzalem, dat wel weet maar niet gelooft. Laten wij voor alle sterzoekers op de eerste plaats goede wijzen zijn, die samen met hen die andere wegen gaan om de Vredevorst: de wonderbare Raadsman, de Zoon van de Allerhoogste.
Laat geloofssolidariteit met jongeren en ouderen warm en hartelijk zijn en niet verdund door een vleugje oud geworden betweterigheid.
Wees niet bang, vrees niet! Het staat voor wie goed tellen kan, tussen de herders van Kerstmis en de vrouwen van Pasen, 366 keren in de Schriften. Voor elke dag van het Nieuwe Jaar één keer.
Wees niet bang om koningsgezind te zijn als het om de Heer Jezus gaat!
Zalige Kerstdagen en een voorspoedig Nieuwjaar!
Gunter Maes.
Reacties
Om reacties te zien en te reageren op dit artikel moet je je eerst even aanmelden via het menu bovenaan. Tot gauw.