Een archief van 23 ‘lopende’ kilometer. We kunnen het ons moeilijk voorstellen. Toch is het een realiteit in KADOC, het Katholiek Documentatie- en OnderzoeksCentrum van de Katholieke Universiteit Leuven. De Abdij van ’t Park is een even boeiend verhaal. Ze staat even buiten de muren van Leuven als referentiepunt, met een interessante tentoonstelling ‘Beelden van de wereld’. De Stekense kerkfabrieken mochten dat alles meemaken op 18 november jl., tijdens hun bezoek aan Leuven.
Stekene, sporthal, zaterdagmorgen 18 november jl. om 8 uur ’s morgens. Leden van Stekense kerkfabrieken, al dan niet met echtgenote, bestijgen de bus richting Leuven. Bedoeling: bezoek aan KADOC en de tentoonstelling in de Abdij van ’t Park aldaar.
Eens aangekomen, introduceert Joris Colla, wetenschappelijk medewerker van KADOC, ons in de wondere wereld van archieven. In het beheren van historische documenten heeft de elektronica ondertussen zijn intrede gedaan. Joris weet ons te boeien met foto’s, studies en archieven uit Stekene en Kemzeke. Via het invoeren van gepaste trefwoorden is er heel wat beschikbaar via de webstek van KADOC. ODIS is een systeem waarmee onder andere personen, organisaties en feiten met elkaar worden verbonden. We starten een zoekpad op naam van een persoon en we eindigen bij de geschiedenis van een organisatie en de rol die de persoon heeft gespeeld in allerlei belangrijke gebeurtenissen. Het reconstrueren van de geschiedenis wordt mogelijk vanuit onze zetel. KADOC is ondergebracht in het voormalige klooster van de Paters Minderbroeders in de Vlamingenstraat. Wandelgangen, atrium en kapel herinneren aan het kloosterleven. De kapel is trouwens geïnspireerd door de basiliek van Scherpenheuvel. We trekken grote ogen open wanneer we afdalen in de archiefkelders, aangenaam verrast door het aantreffen van de archieven van Davidsfonds Kemzeke. We zien persoonlijke archieven van politici (Leo Tindemans’ archief beslaat bijvoorbeeld al meer dan 23 meter), kloosterhabijten, foto’s, affiches, oude geografische kaarten en zelfs collectebussen met knikkende zwartjes.
De Abdij van ’t Park maakt het voorwerp uit van een omvangrijk restauratieproject, met de stad Leuven als drijvende motor. De abdij werd gesticht in de 12de eeuw en bevindt zich op een uitgestrekt domein met vijvers die twee watermolens moesten ‘voeden’. Er leven en werken momenteel vier Norbertijnen. De abdijkerk vervult de functie van parochiekerk, met een zondagse eucharistieviering om 11u. Een bezoek aan het complex wordt nog aantrekkelijker gemaakt door een tentoonstelling in het gerestaureerde deel. De tentoonstelling vertelt de geschiedenis van abdijen, te beginnen met de kluizenaars in de derde eeuw na Christus. Om beter beschermd te zijn groepeerden kluizenaars zich en bouwen kloosters. Het kloosterleven kent een grote bloei in de Middeleeuwen, daarvan getuigt de Abdij van Boudeloo in Stekene. De verheerlijking van de totale overgave aan God, gebed en arbeid is niet voor iedereen evident. In de late Middeleeuwen ontstaat een parallelle burgerlijke variant, meer bepaald de inzet van vooral gehuwde vrouwen in christelijke beleving van dienstbaarheid. Deze wordt belichaamd in de beeltenis van Sint Anna ten Drieën: de heilige Anna, moeder van Maria, Maria zelf en het kind Jezus (zie afbeelding). De tentoonstelling loopt nog tot 25 februari 2018.
Tussendoor maakten we nog kennis met een stuk geschiedenis: de brand van Leuven in augustus 1914 waarbij de oorspronkelijke bibliotheek volledig in de vlammen opging, de herbouwde bibliotheek op het Ladeuzeplein, waarin nu een interessante tentoonstelling loopt over Desiderius Erasmus en het Collegium Trilingue uit de eerste helft van de 16de eeuw. We zagen eerstejaarsstudenten rechten binnendruppelen in de grote Pieter De Somer Aula voor een proefexamen en passeerden langs het stamcafé van een van de bezoekende leden. We kwamen ruim op tijd thuis voor de avondmis, terwijl in de sporthal de avond van Jan en Alleman van start ging.
Gert Laekeman