We leven in een tijd en wereld waarin we alles maakbaar achten. Daarin klinkt het verhaal over Jezus’ afkomst heel broos en kwetsbaar. We horen het in de liturgie van de vierde adventszondag (22 december). Hoe kan het nu dat het kind in Maria’s schoot het werk van de heilige Geest is? Het is een voorstelling van zaken waarbij we ons ongemakkelijk voelen. Wij zijn toch mensen van deze tijd. En wat niet maakbaar en verklaarbaar is, schuiven we vol onbegrip terzijde.
Boodschap in Bijbelse taal
Toch zit er een krachtige boodschap in dit verhaal, als we tenminste de eigen taal van de Bijbelse schrijvers goed willen verstaan. In de Bijbel gaat het er telkens om dat God zich wil verbinden met de mensen. Hij wil naar ons toekomen, ons laten delen in zijn liefde. Want het is zijn verlangen dat wij gelukkige mensen zouden zijn, bedacht op elkaars goed en geluk. Dat is de rode draad die loopt doorheen de hele Bijbel: God reikt ons zijn liefde aan. Hij heeft daarvoor zijn eigen wegen. Die kunnen heel onverwacht zijn. Doorheen andere mensen, in de stilte van ons hart laat Hij zich herkennen. Dat beluisteren we op een bijzondere manier in het verhaal van Jozef en Maria.
Sint-Jozef zegt ook 'ja'
Op de vierde adventszondag staat, heel even, ook Jozef in het licht. Meestal is hij de afwezige, maar nu ‘staat’ hij er. Er is de twijfel van Jozef. Daarin lijkt hij wel heel erg op ons. Ook voor ons is het vaak niet altijd duidelijk wat van ons verwacht wordt en hoe wij daar antwoord kunnen op geven. In het verhaal is het God die die patstelling doorbreekt. Hij spreekt tot Jozef. In de Bijbel gebeurt het wel meer dat God ‘spreekt’ tot mensen. Vaak is dat dan in een droom. God hoor je nooit zomaar rechtstreeks. Misschien hebben ook wij heel eigen manieren om Gods spreken in ons leven te horen. In de stem van ons geweten dat ons oproept. In de stilte van de natuur. Of in andere mensen om ons heen. Het is de kracht van Jozef dat hij openstaat voor het wonder van Gods plan met de mensen. Hij aanvaardt dus Maria en het kind dat groeit in haar schoot. Dat kind is gave van Gods goedheid voor ons en in die zin meer dan enkel de vrucht van menselijke liefde.
En wij ?
Ook tot ons zegt de engel zo kort voor Kerstmis: vrees niet te tonen dat je christen bent in hart en nieren. Geef God een kans in je denken, in je spreken en in je handelen. Laat Hem toe in je leven, opdat hij ook in jou zijn liefdesverhaal mag schrijven, zoals Hij het mocht doen bij Maria en Jozef.
(jh)