Grieken willen Jezus spreken. Ook voor hen is de stem uit de hemel, al zijn zij heidenen.
Een bedrijf in moeilijkheden trekt vaak een directeur van buitenaf aan. Die moet de oude gewoontes en tradities openbreken en een frisse wind laten waaien.
Enkele Grieken vragen om Jezus te spreken. Zij zijn wel in Jeruzalem om het pesach mee te vieren, maar zij zijn geen joden. Deze heidenen komen van buiten de kring. Het is vreemd dat de evangelist dit vermeldt en dus heeft het een betekenis.
Jezus zegt dat zijn leerlingen moeten zijn waar Hij is. Daarmee zegt Hij dat zijn leerlingen bij de Vader moeten zijn en vertrouwelijk met hem moeten leren omgaan. Want Jezus en de Vader zijn zeer vertrouwd met elkaar. Leerling van Jezus dat ben je niet door je afkomst. Iedereen kan leerling van Jezus worden, ook de Griekse gasten, ook wie van buiten de kring komt, al wie zich toelegt op de navolging van Jezus, op de vertrouwelijke omgang met de Vader.
Op het einde klinkt een stem uit de hemel die zegt dat Jezus de verheerlijkte Zoon van de Vader is. Jezus zegt erbij dat die stem omwille van ons is, de leerlingen, de Griekse bezoekers, wij allemaal.
Met Pasen vieren wij de verheerlijking van Jezus de Christus, maar nu zijn wij vooral de leerlingen van Jezus. Dit is de tijd om de oude gewoontes te doorbeken en bij Jezus te komen als nieuwe leerlingen, mensen van buiten de kring, om een nieuwe start te maken met ons geloof. Zo groeien wij in liefde voor de Vader en dat is wat Jezus wil leren aan de mensen van binnen van buiten de eigen kring.