Op maandag joeg Jezus de handelaren uit de tempel. De vormelingen maakten van hun huis een huis van gebed. Ze baden samen met het gezin en legden een briefje met het onderwerp van hun gebed op hun kijktafel.
Op dinsdag goot een vrouw lekker ruikende olie over Jezus. Boze mannen vonden dat ze het geld beter aan de armen had gegeven. De vormelingen deden iets liefs die dag en maakten een hartje op hun kijktafel. Er werd ook aan Broederlijk Delen gedacht.
Op woensdag maakten de leerlingen van Jezus de paasmaaltijd klaar. De vormelingen hielpen thuis een handje bij het koken of tafel dekken. Iets feestelijks mag op de kijktafel.
Op donderdag brak Jezus het brood en deelde de wijn. De vormelingen lazen die avond het Bijbelverhaal voor aan hun tafelgenoten en dankten samen God.
Op vrijdag stierf Jezus aan zijn kruis. We aten die dag geen vlees en ook geen snoep. Een kruisje sierde onze kijktafel.
Op zaterdag werd het heel stil, want Jezus lag in zijn graf. De gezinnen probeerden die dag ook stil te zijn. Sommigen maakten een klein graf van stenen op hun kijktafel.
Met Pasen vinden vrouwen een leeg graf. De kijktafel mag paasvrolijk versierd worden. We kijken naar de viering op TV zoals alle christenen.
Een fijne paastijd vanwege de vormelingen en hun catechisten.