Emilienne Van Der Perre (Sint-Martinuskerk) vertelt over de betekenis van haar doopsel:
Mijn doopsel is lang geleden. Het was ergens rond Kerstmis. Leven vanuit de doop, betekent voor mij: op weg gaan met Jezus, in gemeenschap met andere gedoopten en in respect met anders-gelovigen. Kortom, leven volgens het katholieke geloof.
Hoe heb ik dit in mijn leven ingevuld?
In mijn jeugd groeide ik op met een strenge katholieke moraal. Mijn godsbeeld was nogal een ‘strenge God’. Gods geboden moesten nauwgezet worden onderhouden. Dat was toen vanzelfsprekend. Toch kijk ik met enige dankbaarheid op die periode in mijn leven terug. Het plichtsbesef dat mij toen werd aangeleerd heeft mij in mijn latere leven geholpen om goede en zelfstandige keuzes te maken op gebied van mijn geloof. Over mijn doopsel dacht ik toen helemaal niet bewust na. Mijn grootmoeder, door haar eenvoudig geloof, was mijn lichtend voorbeeld. Mijn moeder is vroeg gestorven.
In mijn later beroepsleven, kwam ik in aanraking met andere levensbeschouwingen en geloofsovertuigingen. In gesprekken met andersgelovige collega’s van diverse origine, was ik bij sommigen onder de indruk. De wijze waarop ze zich zonder schroom uitten over hun geloof, over hun kennis van hun geloof en de standvastigheid in hun geloof, trof me. Ik heb tijdens deze gesprekken steeds veel wederzijds begrip ervaren. Het zette mij aan tot nadenken. Vanwaar deze gedrevenheid? En ik vroeg mij ook af: hoe zit het met mijn geloof? Ik vond dat het beter kon.
De werkzame geest van mijn doopsel moet dan in mijn leven aanwezig zijn geweest. Want ik kwam tot andere inzichten in verband met mijn geloof. Ik herontdekte de mooie facetten ervan: vergeving, onbaatzuchtige naastenliefde, dienstbaarheid, respect voor anderen. Ik kreeg meer oog voor de noden van anderen dichtbij en veraf. Het lot van medechristenen en vooral van kwetsbare mensen greep mij aan. Mijn godsbeeld veranderde van een strenge naar een rechtvaardige en genadige God, een houvast in moeilijke omstandigheden. Ook een aanwezige en liefhebbende God, zoals wanneer een bijna onoplosbare situatie een goed einde kent; of wanneer een jarenlang samenzijn in een werksituatie tot een ware vriendschap leidt; of onverwachte dankbaarheid om kleine dingen.
Ik ging mijn geloof bewuster beleven. Ik viel terug op waarden die in mijn jeugd waren ingeprent. Het bracht mij rust en blijheid. Ik ben dankbaar om mijn geloof, maar ook erkentelijk tegenover diegenen die in mijn leven een stichtend voorbeeld zijn geweest. Het heeft mij geholpen op te groeien in mijn geloof.