SYMBOOL VAN HET KRUIS
We zitten volop in de Paastijd en de Goede Week ligt al meer dan twee weken achter ons.
We mochten het lijden, het sterven en de verrijzenis van Christus gedenken en vieren. Nu hebben we veertig dagen tot aan Ons-Heer-Hemelvaart en dan nog tien eens dagen tot Pinksteren. Vijftig dagen om dat Paasgebeuren te vieren. Vreugde om die opstanding, om het nieuwe leven dat ons werd aangereikt. En toch is het net het kruis dat ons kenmerkt als christenen. Aan een kruis herkennen we een kerkgebouw, aan het maken van een kruisteken herken je een christen. Hoe komen we daarbij? Waarom net een kruis als herkenningsteken, toch een teken van een gruwelijke dood?
Een verhaal
Onderstaand verhaal uit Bijbel in 1000 seconden naar een tekst van mgr. Laridon (23 jaar hulpbisschop in bisdom Brugge) geeft ons geen exacte, wetenschappelijke verklaring maar het is te mooi om het niet te vertellen:
‘De eerste groep christenen kwam vaak bijeen. Ze zochten naar een symbool waarmee ze konden zeggen wat ze geloofden. “Misschien kunnen we een vis nemen”, stelde iemand voor. “Jezus had toch zijn eerste leerlingen tot vissers van mensen gemaakt?” Al vlug kwamen er tegenkantingen. Wie geen vis lustte, wilde niet steeds naar een vis kijken. Wie geen visser was, vond dat vissen te veel naar één groep mensen verwezen. “Misschien is brood een goed idee”, stelde iemand anders voor. “Jezus heeft brood gebroken en gezegd dat men zo aan Hem moest denken.” Maar ook hier kwamen tegenkantingen. Hoe lang kun je brood bewaren? En wat als er vogels in de omgeving zijn? “En een druivenrank?” was een ander voorstel. “Jezus had verteld over de ranken en de wijnstok. En heeft Hij zelf niet gezegd dat wijn verwees naar zijn bloed?” Maar een teveel aan wijn had al verschillende keren voor onenigheid gezorgd en dat mocht zeker niet meer gebeuren. Vele bijeenkomsten later, stelde één van de oudste christenen een kruis voor. Hij had zelf nog Jezus geholpen om zijn kruis te dragen. “Een kruis toont de mislukking van het leven van Jezus,” zei iemand, “je kunt dat toch niet als symbool voor ons geloof nemen!” “Ja”, zei de man, “maar het is geen mislukking gebleven. Jezus is verrezen! Hij heeft de dood overwonnen!” Het duurde nog een hele tijd voor men zich achter dit voorstel konden scharen. De oude man heeft dat niet meer meegemaakt.
Tijdens het Romeinse keizerrijk
Een kruis dus als symbool voor ons geloof. Het waren de Romeinen die de kruisiging, uitgevoerd bij slaven en misdadigers, in Palestina binnenbrachten. Het werd beschouwd als een verschrikkelijk doodsvonnis en de doodsstrijd duurde van één uur tot 3 dagen. Jezus, werd onder Pilatus veroordeeld tot de kruisdood. De herinnering aan Christus’ dood en de vele kruisigingen tijdens de vervolgingen waren als een horror voor de eerste christenen. Het is dus meer dan begrijpelijk dat tijdens de eerste 3 eeuwen van het christendom, het kruis niet te zien is, ook uit angst voor arrestaties en dood. Men had een andere code om elkaar te herkennen als christen: het teken van een vis. Het Griekse woord ‘ichtus’ voor vis was als een geloofsbelijdenis: Iesous Christos Theou Uios Soter of Jezus Christus, Gods Zoon, Verlosser’. Maar men gebruikte ook de initialen van Christus, de Griekse letter ‘chi’ in X vorm en de ‘ro’ in P vorm wat dan XP van Jezus Christus werd (het CHIRO- teken).
Verandering
Het is pas in het begin van de 4de eeuw met de bekering van keizer Constantijn tot het christendom, dat de christenen vrij kunnen ademen. In 315 verschijnt discreet het monogram van Christus op de keizerlijke helm. Onder keizer Theodosius I (346-395) wordt in het Romeinse rijk het christendom als officiële godsdienst aanvaard en het doden door kruisiging verdwijnt er definitief. Het kruis wordt meer en meer het teken van het christelijke keizerrijk. In 430 vindt men de eerste voorstellingen van Christus aan het kruis, niet als de lijdende veroordeelde maar als “overwinnaar” en “redder” met het hoofd rechtop en de ogen open. Bedevaarten brengen liturgische rituelen mee die speciaal de Passie herdenken. Dat alles brengt dan stilaan het ontstaan en het verspreiden van een cultus van het kruis mee zoals de “Kruisweg” die pas in de 17e e en 18e eeuw officieel vastgelegd werd in de kerk en dan worden ook de 14 staties vastgelegd. De kruisweg was een emotionele afbeelding van de Passie van Christus. De liturgische vernieuwing van het Concilie Vaticanum II heeft meer het accent gelegd op de Paaswake en de Verrijzenis. Het gebruik van de kruisweg op Goede Vrijdag blijft wel bestaan. Kunstenaars vroeger en nu zijn er nog steeds door geïnspireerd.
Niet zonder dit teken
Het heeft de eerste verkondigers, zoals Paulus heel wat moeite gekost om Jezus’ boodschap ingang te laten vinden. Die kruisdood was er te veel aan. En toch, zonder het kruis zou ons geloof een pakket van mooie verhalen zijn, een manier om naar het leven en mekaar te kijken, een verzameling van dingen die je best doet of net laat. Maar zonder hart, minder doorleefd. Er is ook geen Pasen zonder Goede Vrijdag. Niet dat we het kruis moeten opzoeken, we zullen het zo wel tegenkomen in ons leven, vroeg of laat, zwaar of licht. Heeft niet ‘elk huisje zijn kruisje’? Dat is die dwarsbalk van het leven waaraan we ons stoten maar er is ook de verticale balk, de goddelijke dimensie. God laat ons niet alleen met ons kruis, net zoals Hij Christus niet alleen liet.
Teken van liefde
Het kruis, een teken van pijn en schande, maar sinds de Verrijzenis ook voor altijd een teken van liefde tot het uiterste: "Niemand heeft een grotere liefde dan deze, namelijk dat iemand zijn leven geeft voor zijn vrienden", zei Jezus de avond voordien nog (Joh 15:13). Bloedvergieten spreekt van wreedheid, maar tegelijk is het ook het meest radicale van zichzelf geven. In de letterlijke zin van het woord: zichzelf uitgieten voor die ander. Aan het kruis werd diepe haat overwonnen door oneindige liefde, wreedheid en onrecht beantwoord met vergeving. Die weg is Jezus ons voorgegaan en zegt ons ook nog: “wie mijn volgeling wil zijn moet zijn kruis opnemen en Mij volgen” (Mt.16 Volgeling van Jezus worden betekent niet “ondergaan” wel “opnemen, vastnemen, ervoor gaan, erdoor gaan”. Is men daarbij alleen? Nee, samen met de andere mensen. En kijk naar Jezus die “in alles aan ons gelijk is geworden tot in de dood toe”. Enerzijds duidt dit op een overwinning en anderzijds draagt Hij mijn kruis mee. Bovendien ben ik vrij zoals Christus om te denken, te beminnen, te handelen, anderen te helpen....en op zich is dat al een overwinning, een “opstaan” en daar verlangen we heel hard naar in deze tijd! Nog een sterke Paastijd toegewenst!
Pastor Guido
Met dank aan een artikel van mijn zus Rita waaruit ik een paar paragrafen mocht overnemen