Franciscus werd geboren op 17 december 1936 in Buenos Aires. Op 25 december werd Franciscus gedoopt. Zijn ouders waren Mario José Bergoglio en Regina Maria Sivori. Zijn vader kwam oorspronkelijk uit Piëmont (Italië) en emigreerde in 1929 naar Argentinië, waar hij als boekhouder voor de spoorwegen werkte. Zijn moeder was wel in Argentinië geboren, maar ook haar ouders kwam oorspronkelijk uit Italië. Waarschijnlijk uit Piëmont en Genua. Franciscus had twee broers en twee zussen, maar tegen de tijd dat hij paus werd, was alleen zijn zus Maria Elena nog in leven. Hij was en is een grote fan van de voetbalclub CA San Lorenzo de Almagro. Hij werd chemisch technicus. Hij was dus bezig met techniek en chemische dingen. Het had niet veel gescheeld of Franciscus was nooit paus geworden. Hij studeerde voor priester, maar op een bruiloft zag hij een meisje dat hij zo mooi vond dat hij later zei: "Ik kon een week niet meer bidden". Toen moest Franciscus een keuze maken: het priesterschap of dat meisje. Hij koos uiteindelijk voor het priesterschap.
Op 13 december 1969 werd Franciscus, als lid van de Jezuïetenorde, priester gewijd. In 1992 werd hij hulpbisschop van Buenos Aires. Toen aartsbisschop Antonio Quarracino overleed, werd Franciscus aartsbisschop van Buenos Aires. Daarmee werd hij de belangrijkste geestelijke van heel Argentinië. Franciscus werd erg populair als aartsbisschop. Toen er een bomaanslag werd gepleegd op een gebouw van de Joden was hij de eerste die opkwam voor de rechten van de slachtoffers. Ook bezocht hij erg vaak achterbuurten van Buenos Aires. Daardoor kregen de mensen een vernieuwende indruk van de aartsbisschop. Hij weigerde ook om in het aartsbisschoppelijk paleis te wonen omdat hij dat te luxe vond. Op 21 februari werd hij kardinaal gecreëerd door paus Johannes Paulus II. Hij werd ook voorzitter van de Bisschoppenconferentie van Argentinië. Na het overlijden van paus Johannes Paulus II werd hij als een mogelijke paus gezien. Toch werd niet hij, maar Joseph Ratzinger paus. Die nam de naam aan Benedictus, en werd daarmee paus Benedictus XVI.
Op 11 februari 2013 kondigde paus Benedictus XVI aan dat hij ging aftreden als paus. Dat deed hij, omdat hij zich zwakker voelde worden en niet meer het pausschap kon vervullen zoals hij eigenlijk wilde. Het was van 1294 geleden dat een paus vrijwillig aftrad, Celestinus V, die na een half jaar pausschap afstand deed, omdat hij niet opkon tegen de intriges, de financiële en politieke complexiteit van zijn ambt. Benedictus XVI had zijn graf nog bezocht en zijn pauselijke stola op de kist gelegd.