Het centrale symbool, hét teken bij uitstek van het christelijk geloof, is niet het evangelieboek, niet het lege graf, niet de paaskaars en zelfs niet het heilig Brood van de eucharistie. Het is het kruis, met daarop een doodgemartelde man. Eén zaak is zeker: dat had die man niet verdiend. De grote vraag is dan: hoe is Hij daar terechtgekomen? Daarover weten we wel één en ander. Hij was in conflict gekomen met de officiële leiders van zijn volk. En die konden er de Romeinse bezetter van overtuigen dat Jezus een gevaarlijk man was, die maar beter uit de weg kon geruimd worden. Er werd tegen Hem een proces opgezet waarvan het vonnis al op voorhand vaststond. Onder druk geeft Pilatus Jezus over aan de beulen, die Hem na een hevige foltering terechtstellen als een misdadiger. Hij wordt gekruisigd. Die feiten hebben zich rond het jaar 30 afgespeeld in Jeruzalem.
Zo zouden we de kruisiging van Jezus als een zakelijk verslag kunnen lezen in de kranten. Maar daarmee is de diepere betekenis van dit gebeuren nog niet verklaard. We zouden de motieven van zijn tegenstanders wat van meer nabij kunnen bekijken. Dat kan ons wel iets opleveren, maar zeker niet voldoende.
Het merkwaardige is dat het kruis en die kruisdood zelf deel uitmaken van onze christelijke geloofsverkondiging. Zonder kruis geen leeg graf, geen verrijzenis. Om echt te begrijpen wat er gebeurd is, moeten we er God zelf bij halen. Die mens die aan het kruis gestorven is, ‘bestond in goddelijke majesteit’, schrijft Paulus in een brief aan de christenen van Filippi. ‘Daarom heeft God Hem hoog verheven en Hem de naam verleend die boven alle namen is: Jezus Christus is de Heer.’ (2, 6a.9-11)
Wat voor buitenstaanders een tragisch incident kan lijken, gebeurt ergens in een verre uithoek van de wereld – een wereld waar het er wreed kan aan toegaan, we zien het vandaag nog altijd gebeuren met duizenden doden – dat is voor God een beslissende gebeurtenis. De evangelist Johannes legt het Jezus zelf in de mond: ‘Zozeer immers heeft God de wereld liefgehad, dat Hij zijn eniggeboren Zoon heeft gegeven, opdat de wereld door Hem zou worden gered’ (3, 16-17). Zware woorden die onmisbaar zijn om het gebeuren van het kruis te begrijpen: liefde en redding.