FIETSPELGRIMAGE naar SAINT-MAURICE
DEEL 6: Fietspelgrim op weg naar huis
Een dag voor mijn eigen patroonheilige
Op vrijdag 14 juni wil ik een bedevaart doen naar Saint-Antoine l’Abbaye, waar mijn patroonheilige Antonius van Egypte wordt vereerd..
Onderweg “ontdek ik” het dorpje Chatte, waar de (latere) heilige Pierre-Julien Eymard 3 jaar kapelaan is geweest (1834-1837). In de parochiekerk is er een kleine tentoonstelling waarin ik o.a. lees dat hij in Notre-Dame de l’Osier zijn eerste Mis heeft gedaan (1834) en in Belley het priesterseminarie volgde.
Naar Saint Antoine l’Abbaye fietsen kost weer wat klimwerk, maar de moeite waard, want het is ook een halte op de Compostela-route. Een mooi en modern museum vertelt over de uitstraling van deze abdij. Van hieruit heeft de Orde van Hospitaalbroeders, “Les Antonins”, vele kloosters gesticht, vooral om mensen te helpen die getroffen waren door het zogenaamde “vuur van Sint Antonius”. Zij waren pioniers in de Middeleeuwen wat betreft de geneeskundige zorgen voor mensen op het platteland.
60 km terugweg wordt zwoegen tegen de wind in tot Saint-Péray: om 21u38 ‘thuis’ en120 km gefietst…
Zaterdag 15 en zondag 16 juni
Vóór ik vertrek uit Saint-Péray fiets ik nog even naar Valence om de kathedraal Saint-Apollinaire te bezoeken en te bidden voor een veilige terugreis. Dank u wel zusters van Sint-Jozef voor jullie gastvrijheid. Nu wordt de auto mijn vervoermiddel.
Eerst naar Les Abrets, waar ik logeerde op camping “Le Coin Tranquille”. De sleutel die verloren was, brengt een tevreden glimlach op het gelaat van Chloé, het meisje van het secretariaat. Ze zal mijn groeten overbrengen aan de bazin.
Onderweg besluit ik om onderdak te zoeken in de stad VIENNE en daar de H. Mis op zondagmorgen mee te vieren, in de Sint-Mauritius-kathedraal aldaar. Logies vind ik in “Le Relais 500” op een 10-tal km van Vienne.
Op zondagmorgen fiets ik naar de kathedraal en ben één uur vóór aanvang van de Mis van 10u30. En ja, ik mag concelebreren. In de sacristie is er veel leven: vooral om enkele kleine misdienaars te kleden en hun een taak te wijzen.
De priester is van Braziliaanse oorsprong. Midden tussen het volk houdt hij zijn preek bij de parabel van “het mostaardzaadje”. Er is veel volk aanwezig en wat me vooral blij stemt zijn de gezinnen met jonge kinderen.
Vanuit Vienne rijd ik naar LE PUY, de bakermat van de Zusters van Sint-Jozef en ook één van de vier traditionele vertrekplaatsen voor de Compostela-pelgrims.
In hotel “Ibis” tref ik aan de balie een Afrikaans meisje. Ze doet vakantiewerk en komt uit Namibië… én ze spreekt “Afrikaans”, het Nederlands van Zuid-Afrika. Een mooie verrassing bij haar vriendelijkheid.
Die avond nog begeef ik me als pelgrim naar het kerkje hoog op de “naald-rots”, Saint-Michel d’Aiguilhe. 278 treden… maar het loont de moeite, ook al om het prachtige panorama.
Le Puy-en-Velay en Le Mont-Dore
Na de vroegmis, op deze maandag 17 juni, ontvang ik samen met 200 pelgrims de zegen van de priester.
Voor een bezoek bij de “Soeurs de Saint-Joseph”, Rue des Farges, kom ik wat te vroeg. Zij zijn in gebed op dit morgenuur. Ik laat via de secretaresse een groet aan hen overbrengen.
Via La Chaise-Dieu en Brioude gaat het naar kuuroord Le Mont-Dore ! In het “Grand Hotel” boek ik voor twee nachten, het einde van de vakantie is in zicht. Maar eerst de Puy Sancy beklimmen, te voet wel te verstaan!
Dinsdag 18 juni. Om 08u30 begin ik mijn bergwandeling vanaf 1300 meter bij het vertrekstation van de “téléphérique” naar de top van de Puy Sancy 1886 m. Het loopt vlot, ook al is de laatste strook – over houten treden tot aan de top – wel inspannend. Alles oogt nog helder groen; in de verte zie ik “La Chaîne des Puys” en “Monts du Cantal”. Heerlijk is dat vergezicht!
Vroeger dan gedacht ben ik klaar met klimmen en dalen. Wat kan ik nog verder “doen” met deze laatste vakantiedag?
Waarom niet enkele mooie Romaanse kerken aandoen? Achtereenvolgens bezoek ik de Notre-Dame van Orcival, de prachtige kerken van Saint-Saturnin en Saint-Nectaire. In het moderne benedictijnerklooster van Randol kan ik de vesperdienst volgen.
’s Avonds geniet ik nog van een deugddoend avondmaal, zittend op een terras tegenover het casino in dit kuuroord. Slaap wel in het Grand Hotel.
De niet zo voorspoedige terugreis naar Bilzen
Om 06u40 kan ik vertrekken vanuit Le Mont-Dore op woensdag 19 juni.
Ik zoek nog niet de autostrade op; het landschap is te mooi, maar zo vordert het maar traag.
In de buurt van Auxerre vind ik een wegrestaurant, waar ook enkele groepjes werklieden samen aan tafel zitten. Bij het wegrijden van de parking: plots een dof geluid… is dat mijn wagen die geraakt wordt? Jazeker… Bij het achteruitrijden zijn een chauffeur met zijn bestelwagen en ik met mijn lichte Citroën tegen mekaar “getotst”… niet zo erg, maar de papieren moeten ingevuld… en dat is een tijdrovende klus. Wat zal me dat kosten… De thuiskomst zal niet zo aangenaam zijn. Maar kom, geen grote schade berokkend of geïncasseerd, gelukkig.
Verder verloopt de autoreis voorspoedig en wenkt België . Om 20u50 vindt mijn “gekwetste” auto zijn standplaats in de garage bij de Pabilo.
Epiloog
Zo eindigt mijn pelgrimstocht een beetje in mineur, maar ik ben gelukkig en dankbaar om zoveel gastvrijheid en deugddoende ontmoetingen, prachtige kerken, gelegenheden tot gebed en bezinning, heerlijke panorama’s onderweg in Zwitserland en Frankrijk…1120 km gefietst.
Dank u goede God en Vader om uw Voorzienigheid.