Volgende week starten we hier met een nieuwe reeks: “de pastorale eenheid toegelicht” waarbij we de diverse uitzichten van onze pastorale eenheid Sint-Jozef willen toelichten. Vandaag een inleiding hierop:
Het is je toch wel op glad ijs begeven, iets schrijven over wat pastorale eenheid is. Omdat mensen dit lezen, door een of ander ding geraakt worden en alleen dat onthouden. Dat is dan “pastorale eenheid” voor hen. Ik heb dit goed gemerkt bij het kerkenstappenplan. Veel mensen zitten nog bij de eerste aanzetten en zijn niet meer mee geëvolueerd.
De pastorale eenheid is de weg om te groeien naar een groter geheel vanuit de kern van Jezus’ boodschap. De Blijde Boodschap heel concreet op een warme menselijke manier laten leven.
Begin jaren tachtig van vorige eeuw heeft de bisschopsraad al gevoeld dat men de toekomst met minder priesters moest voorbereiden. Ook al kenden we toen nog overal de pastoor van de bloeiende wijngaarden. “Waar zijn die van het bisdom mee bezig?” werd toen wel eens gehoord. Nu weten we het.
Er werden raden en werkgroepen allerhande opgericht om mee het geloof in de parochies te dragen. Het concilie had een nieuwe tijd ingeluid. Vele mensen van goede wil werkten mee aan de opbouw en uitbouw van parochies. Gaandeweg ontdekte men dat niet meer alles overal kon. Men startte met projectwerkingen. Grensoverschrijdend omdat de pastoors die weg ook al bewandelden. De parochieraden werden uitgenodigd de weg mee te bewandelen. Met vallen en opstaan. Toch moeten we toegeven dat alles niet meer overal kan. Daarom werden de federaties in het leven geroepen. Eenheden waar de parochieneuzen in dezelfde richting gezet werden.
Meer en meer ontdekte men dat de neuzen in dezelfde richting zetten niet meer voldoende was. Er moest iets aan die oude structuur gedaan worden. De taken, bij wijze van spreken, van vader op zoon doorgeven, ging niet meer. Want dan krijg je soms ongelovigen die het bestuur uitmaken, leden van een of andere raad die nooit mee komen vieren in de kerk. Dan klopt er iets niet. Er moest dus een grotere ingreep komen.
We staan nu duidelijk op een scharniermoment.
Het is zoals een gracht die je moet onderhouden. Een gracht, een houtwal dient om het water op het land te houden, erosie tegen te gaan, beschutting voor de dieren. Maar als de gracht te oud is en het hout rijp, dan moet het gekapt worden. Een kale bedoeling, maar na twee jaar zie je er een heel nieuwe groene en frisse houtwal staan.
Zo is het ook met de parochies. We groeien naar een nieuw fris iets, het oude hout is uitgeleefd, het nieuwe frisse kan er komen als we het ook de kans geven te groeien. Op dezelfde wortels, Christus en zijn blijde boodschap, de biddende verbondenheid in de eucharistie met God en met elkaar.
Graag nodig ik u allen uit om ondanks de pijn van het loslaten van het verleden, open te staan voor het nieuwe, het jonge. Zodat we de erosie van het geloof in onze streek kunnen tegen gaan, schaduw kunnen blijven bieden aan allen die er nood aan hebben en het levende water van Jezus’ boodschap ook hier in onze pastorale eenheid nog te laten proeven.
Ik nodig u uit om mee te groeien in het nieuwe. Pas dan kan je genieten van de bloemen en de vruchten van het nieuwe dat zich langzaam aandient.
Luc Vanherck
Onderschrift foto:
Een houtwal die gekapt is, is een kale bedoeling. Maar na twee jaar zie je er een heel nieuwe, groene en frisse houtwal staan. Idem voor onze pastorale eenheid.