Jezus vraagt nederigheid, oefening in nederigheid. Dan zullen wij verheven worden.
Een sponsor van de ploeg kwam na een wielerwedstrijd die door zijn kopman was gewonnen in het hotel van de ploeg. Nadat hij de winnaar had gefeliciteerd vroeg hij: “Ik heb gehoord dat één van jullie zich in alle bescheidenheid kapot heeft gewerkt in de achtergrond van de wedstrijd. Wie is deze kampioen in nederigheid?” Een helper stak de hand op en stapte naar voren...
Hoe kun je nederig zijn als je ervoor uitkomt dat je dat bent? Dat is een tegenstrijdigheid. In de woorden van Jezus zit dezelfde tegenstelling.
Op twee plaatsen in het evangelie van Lucas komt dezelfde uitspraak van Jezus voor: “Wie zichzelf verhoogt zal vernederd worden, en wie zichzelf vernedert zal verhoogd worden.” We zouden dus moeten oefenen in nederigheid om verheven te worden. Moeite doen om klein te zijn, wetend dat je dan groot wordt. Is die nederigheid dan wel oprecht?
Er zijn twee kenmerken van de houding die Jezus ons voorhoudt. Het eerste kenmerk is je eigen kleinheid en je persoonlijke zondigheid inzien en toegeven. Het tweede kenmerk is je geloof dat je als kind van God op hem kunt rekenen en dat Hij je groot maakt. De nederigheid waartoe Jezus oproept is de bescheidenheid om niet op eigen kracht alleen te rekenen. Onze werkelijke kracht ligt bij God. Hij maakt kleine mensen groot, op een andere, duurzame wijze dan dat mensen dat doen.
De helpende en dienende wielrenner was het niet gewoon applaus te krijgen. De sponsor van de ploeg zorgde ervoor. Zo is het met ons als christenen: God maakt ons groot en precies daardoor zijn wij geroepen tot nederigheid en bescheidenheid.
Reacties
Om reacties te zien en te reageren op dit artikel moet je je eerst even aanmelden via het menu bovenaan. Tot gauw.