Een vrouw zalft Jezus. Hij ziet dat gebaar als een voorafbeelding van zijn dood.
Er zijn weinig mensen die het lijden opzoeken of uitlokken. Lijden overkomt ons meestal. We kunnen elkaar dan bijstaan of helpen. Zelfs als we het lijden niet kunnen wegnemen is nabije vriendschap een hele ondersteuning.
In het begin van het lijdensverhaal van Jezus hebben we dat horen vertellen. Een vrouw komt Jezus’ hoofd heeft met olie zalven. Ze kan zijn lijden en dood niet voorkomen of milderen. Maar ze doet wat zij kan doen: Jezus aanraken en laten voelen dat zij met hem verbonden wil zijn.
Jezus is de enige in het tafelgezelschap die het gebaar begrijpt. Hij aanvaardt de solidariteit van de vrouw.
Jezus is gestorven omwille van zijn zending om ons, mensen, het rijk van Gods liefde aan te wijzen. Hij lijdt nu mee in elke mens die op één of andere wijze lijdt. Laten we die mensen aanraken om Jezus aan te raken. Het moet niet eens met olie zijn.