We staan voor een belangrijk en groot moment in de geschiedenis van ons kerk-zijn ten zuiden van de Antwerpse Ring. Samen tot een pastorale eenheid groeien. Dat wil zeggen met elkaar verbindingen maken waardoor wie in Hoboken, Berchem, op het Kiel of in Wilrijk woont en zich als katholiek gelovig beschouwt, nu en straks alles kan vinden om haar of zijn geloof gestalte te geven. Mooie liturgie, opbouwende gemeenschap, sterke spiritualiteit, concreet dienstbetoon en een gezonde infrastructuur. En dit alles zonder defaitisme en zonder een greintje wanhoop, maar met het heel grote vertrouwen dat we aan het begin staan van een nieuwe kerk.
De toetssteen van dit avontuur zal daarbij onze onderlinge vriendschap zijn. Parochies, scholen, ziekenhuizen, kloosters hebben een grote traditie in pastoraal en menselijk opbouwwerk. Op hun kleine bladzijden kan je ook lezen dat ze ervaring hebben met persoonlijk en onmenselijk afbraakwerk. Juist omdat ze zoveel belang hechten aan godsdienst en de organisatie ervan, is onderlinge samenwerking tussen mensen vaak moeilijk en ligt ze heel gevoelig. Het integreren van verschillende opvattingen, culturen, manieren van werken en het maken van afspraken gaat dan vaak met conflicten gepaard. Vooral wanneer men voor de opdracht staat om iets nieuws te beginnen en in korte tijd gezamenlijk een product af te leveren komen uitspraken als Deden we het soms niet goed? en Vroeger mochten we alles zelf doen en nu moeten we alles overleggen! Juist daarom kiezen we voor een behoedzaam proces waarbij we allereerst met elkaar aan tafel gaan zitten om te ... eten en elkaar op die manier te leren kennen en waarderen. Dat is ongeveer onze werkwijze in 2016. Dan zien we later wel hoe onze samenwerking zich kan verdiepen.
De mate van aantrekkelijkheid om in de pastorale eenheid HOBEKIWI actief te blijven of te worden, zal in hoge mate afhangen van de reële vriendschap die iedereen er mag ervaren. In Johannes 15, 12 zegt Jezus: Mijn gebod is dat jullie elkaar liefhebben zoals ik jullie heb liefgehad. En in 1 Johannes 4, 10 lees je: Het wezenlijke van de liefde is niet dat wij God hebben liefgehad maar dat Hij ons heeft liefgehad. Mekaar graag zien is dus een absolute voorwaarde om tot die pastorale eenheid te komen. Maar alleen vanuit het besef dat die vriendschap voor elkaar het gevolg is van een andere - ons voorafgaande - grotere liefde. Wie dus denkt dat zijn eigen vriendelijkheid en liefde de oorspronkelijke werkelijkheid is, heeft God eigenlijk al uit haar of zijn bestaan geëlimineerd. Die zal het ook niet volhouden en spoedig merken dat ie op de tenen wordt getrapt. Maar wie in het besef leeft dat Iemand al naar je verlangd heeft en alles voor je over heeft gehad, lang voordat je zelf kon nadenken over de wereld, lang voor je kon kiezen tussen waarden en idealen, zal heel ver kunnen gaan in het zoeken naar verbindingen met de ander, in het bouwen aan pastorale eenheid. En dan is het de kunst, zegt Johannes, om in die liefde te blijven leven. Dit soort mensen hebben we nodig en dat alleen verbindt ons met de Eeuwige.
Ronald Sledsens
Reacties
Om reacties te zien en te reageren op dit artikel moet je je eerst even aanmelden via het menu bovenaan. Tot gauw.