Op 12 april 2020 vierden we Pasen, dit jaar wel op een heel bijzondere wijze, maar toch vierden we Pasen. Na een intense driedaagse, waarin ons via allerlei vormen van media tips en mogelijkheden toegestopt werden om vanuit ons ‘kot’ mee te vieren, kwam de apotheose voor ons allen dat de dood uiteindelijk niet overwon, maar dat Jezus de dood overwon en verrezen is! Langzaamaan krijgen we meer inzicht in wie Jezus is, in wie eigenlijk God is. De paastijd wordt besloten met de viering van Pinksteren, het feest waarin de Heilige Geest ons geschonken wordt, waarin Hij eigenlijk openbaar wordt voor allen.
De Geest zelf is deel van de triniteit en is de gave Gods bij uitstek.
Hij kent, doorheen de tijd, vele voorstellingen en vergelijkingen. Zo wordt Hij al eens voorgesteld als een bron: niets is zo mysterieus, geduldig en getrouw als een bron. De oorsprong ervan is maar moeilijk, of niet, te achterhalen maar plots komt een bron tevoorschijn en borrelt op met koel en rein water, het brengt leven en gezondheid. Zo is ook de Heilige Geest, Hij verfrist, sprankelt, charmeert en geeft ononderbroken leven.
“Als iemand dorst heeft, hij kome tot Mij; wie in Mij gelooft, hij drinke! Zoals de Schrift zegt: “Stromen van levend water zullen uit zijn binnenste vloeien.” Hiermee doelde Hij op de Geest, die zij, die in Hem geloofden, zouden ontvangen, want de Geest was er nog niet, omdat Jezus nog niet verheerlijkt was. (Joh 7,37)
De aloude hymne Veni creator Spiritus, in het Nederlands ‘Kom Schepper Geest daal tot ons neer’, uit de 9e eeuw is bedoeld om gezongen te worden gedurende het Pinksternoveen, bij de aanvang van de viering van Pinksteren en wordt in de Kerk ook gezongen bij bijzondere gebeurtenissen die het leven van minstens één persoon veranderen.
Zo wordt ze gezongen bij de aanvang van het conclaaf, als alle kardinalen in de richting van de Sixtijnse kapel wandelen voor de verkiezing van een nieuwe paus, maar ook zeer vaak bij vormsels, professies en wijdingen.
De Geest doet de Kerk immers leven en groeien, Hij is de ziel van de Kerk. We bidden dan in het bijzonder om Zijn gaven.
Alles is het werk van een en dezelfde Geest, die aan ieder zijn gaven uitdeelt zoals Hij het wil. (1Kor 12,11) Hieronder geven we in het bijzonder de 2e en de 3e strofe weer van deze hymne.
Gij zijt de gave Gods, Gij zijt
de grote Trooster in de tijd,
de bron waaruit het leven springt,
het liefdevuur dat ons doordringt.
Gij schenkt uw gaven zevenvoud,
O hand die God ten zegen houdt,
O taal waarin wij God verstaan,
wij heffen onze lofzang aan.
Qui diceris Paraclitus,
altissimi donum Dei,
fons vivus, ignis, caritas
et spiritalis unctio
Tu septiformis munere,
digitus paternae dexterae
tu rite promissum Patris
sermone ditans guttura
In deze reeks wordt er melding gemaakt van de 7 gaven van de Heilige Geest en die reeds aan de Messias toegedicht werden door de profeet Jesaja. (Js 11,2) Het gaat om: Wijsheid, verstand, raad, sterkte, kennis, vroomheid en vreze Gods.
- Wijsheid - Jef Van der Gucht
- Verstand - Katrien Van Vaerenbergh
- Raad - Jef Van der Gucht
- Sterkte - Katrien Van Vaerenbergh
- Kennis - Jef Van der Gucht
- Vroomheid - Katrien Van Vaerenbergh
- Vreze Gods - Jef Van der Gucht
Reacties