
« God, wij gedenken alle heiligen in één feest, gekend of ongekend, die in U geloofden en bij leven en bij sterven hun menselijke hoop aan uw goddelijke liefde hebben toevertrouwd ». Zo begint het openingsgebed van het hoogfeest van Allerheiligen. Dit jaar valt Allerheiligen op een zondag. Daardoor krijgt het nog meer aandacht. En we vieren dit feest in de heel bijzondere omstandigheden van de coronatijd. In deze tijd hebben we bemoediging nodig en we krijgen die ook in de liturgie (ook als we niet zouden kunnen samenkomen om te vieren).
Het feest van alle heiligen doet ons dankbaar denken aan al die christenen die ons in de loop der tijden tot nu toe zijn voorgegaan, vertrouwend in Gods liefde. En daarbij mogen we niet alleen denken aan de grote en bekende heiligen, maar aan zovelen die in alle bescheidenheid een ‘heilig leven’ hebben geleid : die heel eenvoudig, van dag tot dag hebben geprobeerd te doen wat God vraagt. Zij allen moedigen ons aan om op onze beurt ook in deze tijd met al zijn problemen te blijven vertrouwen in God. Hij is het die ons kracht geeft om vol te houden in het goede.
Het feest van alle heiligen doet ons ook kijken naar het voorbeeld dat de heiligen ons gegeven hebben. Zij hebben, elk in hun eigen situatie, geprobeerd te getuigen van Gods liefde, door heel hun manier van leven. Zij moedigen ons aan om ook in ons eigen leven en samenleven mensen te zijn die Gods liefde doen voelen aan hun medemensen. Niet zozeer door grote woorden, maar door onze houding van vriendelijkheid, beschikbaarheid en mededogen, ook in deze moeilijke tijden.
Dit feest maakt er ons ook van bewust dat wij allen zijn geroepen tot heiligheid. Ook wij zijn geroepen om heilig te worden. ‘Heilig’ is etymologisch (taalkundig) verwant met ‘heel’. Een ‘heel’ mens is een mens wiens leven niet in stukken getrokken is, niet verdeeld is. Wij zijn geroepen om ons te laten ‘helen’, heel maken, heilig maken door God, door de boodschap van Jezus, door onze verbondenheid met Hem die ons brengt tot de conséquente levenshouding als ‘hele’ mensen.
Bovendien zijn de heiligen ook onze ‘voorsprekers’. Zij leven bij God en vragen Hem ons te helpen. Wij mogen de heiligen vragen om voor ons te bidden, om voor ons ‘een goed woordje’ te doen bij God. Niet omdat God onze noden niet kent, maar omdat het ons bemoedigt te weten dat we met meerderen zijn om aan God iets te vragen.
Want wij vormen met de heiligen één gemeenschap : de ‘gemeenschap van de heiligen’, zoals we zeggen in de geloofsbelijdenis. Dat zijn dus niet alleen de heiligen die al leven bij God, maar dat zijn ook wij die hier in dit leven tot heiligheid, tot heelheid geroepen zijn. Samen vormen we één familie, als broeders en zusters van Jezus en rond Hem.
Ook onze overledenen behoren tot die gemeenschap. Ook met hen blijven we verbonden. Daarvan maakt de gedachtenis van Allerzielen op 2 november ons bewust. Om praktische redenen worden in vele parochies -zeker hier in Brussel- de overledenen ook herdacht op het feest van Allerheiligen. En dat kan heel zinvol zijn. Want ook onze overledenen waren geroepen tot heiligheid. Wij bidden dat zij nu ten volle ‘geheeld’ worden door God.
In deze tijd denken we ook speciaal aan hen die gestorven zijn door het covid-virus. Tijdens de lockdown zijn velen van hen in alle eenzaamheid overleden. We denken ook aan hun familieleden die niet bij hen mochten zijn in hun stervensuur. Ongetwijfeld zullen zij deze dagen daaraan terugdenken. Mogen zij bemoediging vinden.
En bidden we ook om bemoediging voor allen die in deze coronatijd zich inzetten om het leven draaglijk te maken voor velen : de dokters en het verplegend personeel in de ziekenhuizen en woonzorgcentra, de wetenschappers die zoeken naar een vaccin, maar ook al die mensen die proberen anderen te troosten in hun eenzaamheid, door een vriendelijk gebaar, een telefoontje, een boodschap, een luisterend oor… en ook al degenen die door de regels te volgen hun verantwoordelijkheid opnemen om anderen te beschermen. Het heeft allemaal te maken met heiligheid : het maakt mensen ‘heel’ en ‘heelt’ mensen.
Pastor Benno