‘Een streling voor het oog’
Uitgeverij Carto voorziet scholen in België en Nederland van wandkaarten
Aan de Pagodenlaan in Laken legt Michiel Plaizier, directeur van Carto, zijn kaarten op tafel. „Mijn wandkaarten worden verkocht aan de basisscholen in België en Nederland”, zegt hij. „In één oogopslag moeten kinderen in België daarmee de talen, taalgebieden en gewesten van hun vaderland kunnen zien.” Hendrik Plaizier, de vader van Michiel, had heel zijn leven belangstelling voor het maken van kaarten. In 1949 was hij aan de slag als journalist bij de krant De Nieuwe Gids. Hij pendelde tussen Den Haag en Brussel. In 1950 kwam hij met zijn gezin van zeven wonen in de Pagodenlaan en daar richtte hij zijn eigen bedrijf op, Carto. Lange tijd werkte Michiel Plaizier er als reprograaf.
„Aanvankelijk drukte ons bedrijf voor de leden van de toenamlige EGKS, de Europese Gemeenschap voor Kolen en Staal, kaarten in vijf talen: Nederlands, Frans, Duits, Engels en Italiaans. Daarnaast gebruikten diverse kranten onze kaarten bij hun artikels.”
Michiel Plaizier legt uit dat bepaalde organisaties, onder meer Amnesty International, en tijdschriften zoals Ons Erfdeel kaarten nodig hadden om bevolkingsgroepen te lokaliseren. De grootste afnemers waren echter kranten. Voor berichtgeving over oorlogen en andere conflicten wilden ze hun lezers geografisch tonen waar bepaalde groepen zich bevonden. „In sommige gevallen, bijvoorbeeld in Vietnam en Israël, veranderde het grensgebied geregeld, waardoor we de grenzen van een land telkens moesten hertekenen. Kranten publiceerden onze vernieuwde kaarten en betaalden ons auteursrechten. Oorlogen en staatsgrepen waren voor ons gouden gelegenheden”, zegt Plaizier.
En hij vervolgt: „Vroeger hadden we een kamer vol tekenaars die met behulp van een atlas landen overtekenden. Ze projecteerden de kaarten, brachten ze op schaal en keken de benamingen na. De naam van een stad of land moest natuurlijk correct zijn in de drie landstalen. Zo spreekt men in het Nederlands vaak over de ‘Baltische Zee’, terwijl ‘Oostzee’ de correcte benaming is. De naam van een plaats moest ook overeenstemmen met de historische achtergrond. Vervolgens zetten we de tekeningen op film en schreven met sjablonen handmatig de namen van de landen en steden in verschillende talen op de kaarten. Dan ontwierpen we een cliché, ook in verscheidene talen, en op karton persten we vervolgens een kaart. Het resultaat stuurden we naar de kranten, die het karton op hun beurt met zink inwreven en op hun persen drukten.”
In 1990 brak ook voor Carto het computertijdperk aan en werden de kaarten gedigitaliseerd. Oude kaarten werden gescand en nieuwe getekend met grafische programma’s. Het werd eenvoudiger om via e-mail kaarten te versturen en te verbeteren.
In 1965 begon Carto met het drukken van schoollandkaarten, zoals blinde kaarten en provinciekaarten. „Vooral kaarten om te gebruiken in de les aardrijkskunde”, specifieert Plaizier. „Om twee redenen druk ik ze. Eerst en vooral om kinderen de kans te geven de vorm van België en Europa te leren kennen door in de klas naar de kaart te kijken. Ten tweede wil ik dat leerproces bevorderen door van elke kaart een kunstwerk te maken. Is ze een streling voor het oog, dan zal een kind dat beeld makkelijker onthouden.”
Vanaf 2000 legt Carto zich vooral toe op het uitgeven van schoolwandkaarten. Ook maakt de uitgeverij kaarten in opdracht. „Vooral situeringskaarten van Brussel ter bevordering van de Nederlandse taal in Brussel”, aldus Plaizier. „Er worden geregeld in Nederlandstalige uitgaven Franstalige kaarten gepubliceerd. Daarom bieden wij Nederlands- of tweetalige kaarten van de hoofdstad aan.”
Of hoe een kaart meer zegt dan duizend woorden.
Meer informatie over Carto via 02 268 03 45 of op www.carto.be.
Hellen Mardaga,
Persverantwoordelijke vicariaat Brussel
Reacties
Om reacties te zien en te reageren op dit artikel moet je je eerst even aanmelden via het menu bovenaan. Tot gauw.