Wat heb je allemaal bezocht?
Ik bezocht verschillende abdijen. Het zijn oude kloosters, soms uit de negende of tiende eeuw, die de tand des tijds goed hebben doorstaan. Ze zijn sterk gebouwd en goed bewaard, behalve als een aardbeving voor instorten zorgde.
Op 13 augustus woonde ik de viering van de inzegening van de druiven bij. Ze vertrouwen die dag de oogst aan God toe.
Ik ging ook naar Nagorno Karabakh en dat ligt op het grondgebied van Azerbeidjan. Na de val van het ijzeren gordijn, viel het Armeense leger dit gebied in Azerbeidjan binnen. Het is niet erkende “republiek”. Ze is door het leger bezet maar niet aan Armenië geannexeerd. Het is een oorlogsgebied dat nog regelmatig op het nieuws komt. De plaatselijke overheid was blij me te ontvangen want er komt zelden bezoek.
Ik zag ook de berg Ararat. De hoogste top is 5137 meter en omdat Jerevan een plateau is, kon ik de Ararat moeilijk negeren. Het is een heilige berg omdat volgens het Oude Testament, de ark van Noah daar landde na het zakken van het water bij de zondvloed. De Ararat is een oude vulkaan die tegenwoordig gelegen is op Turks grondgebied. Vanuit Armenië kan je de berg zien maar niet betreden.”
Wat heeft jou het meeste getroffen tijdens je rondreis?
Uiteraard de mooie kloosters maar ook de vitaliteit van de lokale kerk. Het is echt een uitdaging om kerk te zijn in een gebied dat omringd is door de moslimlanden Turkije, Azerbeidjan en Iran. Daarboven komt de erfenis van het sovjet regime. Er leven momenteel drie miljoen Armenen in Armenië en elf miljoen elders ter wereld (diaspora). Tijdens de vakantie komen ze terug naar hun thuisland om ofwel te huwen ofwel hun kinderen te dopen.
Elke dag zag ik in een kerk meerdere doopsel- en huwelijksvieringen.
Dat is me erg opgevallen. Het was een mooie reis en ik ben blij dat ik de kerk in Armenië kon leren kennen. Ik ben de gemeenschappen dankbaar dat ze me wilden ontvangen.