Voltooide mensen
In deze tijd van het jaar worden we door de natuur soms verwend met wat elders een ‘Indiaanse zomer’ heet, maar bij ons ‘de zomer van Sint-Maarten’ genoemd wordt, een zonnige en heel zachte periode die volgt op de eerste herfstkoude. Met Allerheiligen viert ook de kerkgemeenschap haar Indiaanse zomer, het feest van de levenden, terwijl het leven stilaan uit de natuur begint te wijken. Bij die levenden horen naar ons aanvoelen ook zij die niet meer bij ons zijn, althans fysiek niet, maar die we des te meer levend in ons hart, onze herinnering en in Gods liefde weten: ouders, kinderen, mannen, vrouwen, vrienden, geburen … Hen allen gedenken wij, gekende en ongekende heiligen, want Allerheiligen nodigt ons uit te geloven dat we allemaal geroepen zijn om geheelde, dat wil zeggen voltooide, mensen te worden.
Voor gelovige mensen ligt hierin onze bestemming. In dat geloof vinden wij de kracht om er te zijn voor elkaar en ons in te zetten voor zoveel wat nog niet heel is in onze wereld van mensen. De oorlogen die her en der woeden, en zelfs niet zo veraf van ons, maar ook de energie- en klimaatcrisis tezamen met de vluchtelingencrisis, drukken ons er telkens met de neus op: veel is nog on-heel, we zitten met de barsten en brokken van zoveel leed, onrecht, ongelijkheid.
Zalig, op weg
Op het feest van Allerheiligen toont de liturgie ons een weg is die we kunnen gaan. Het is de weg van de zaligsprekingen (Matteüs 5,1-12a). Doorheen de eeuwen heeft een menigte van mannen en vrouwen deze weg van de zaligsprekingen gevolgd. Het is de weg van ‘ja’ zeggen tegen het leven, van geloven in beter - tegen alle ongeloof en onwil in. Deze mannen en vrouwen, van vroeger en nu, we noemen ze heiligen, leven volgens wat de wet van het hart en de liefde ons ingeeft. Ze hebben dat op hun eigen manier gedaan. Heilig zijn is niet de weg van de perfectie gaan, maar wel met kleine stappen vooruitgaan en geloven dat het mogelijk is te groeien in goedheid en gegeven zijn.
Zalig is dat. ‘Zalig’ laat zich het best vertalen als ‘op weg’. Op weg jij die tranen schreit of gevoelig bent voor de tranen van een ander. Op weg, ook voor jou is nieuwe geboorte mogelijk, geschenk van leven, nu en in een toekomst die we verhopen, voor ons allen en voor alle lieve mensen die ons zijn voorgegaan. Allerheiligen, feest van leven, ook als veel rondom ons daar niet altijd van spreekt, maar dankzij een God die ons altijd zijn toekomst blijft aanbieden.
(jh)