Enkele jaren geleden liet het tv-journaal ons beelden uit Parijs zien van een Malinese man die met de blote hand vier verdiepingen hoog fluks een appartementsgebouw opklauterde om een kind te redden dat daar aan een balustrade hing te bengelen. Met één armzwaai trok hij het kind veilig en wel naar binnen. Hij werd er overal voor geprezen, kreeg zelfs meteen de Franse nationaliteit. Wat sterke handen en armen kunnen doen. Het is soms ook anders. Handen kunnen slaan en kwetsen, verminken en vernielen.
Handen die helen
Handen spelen ook een rol in de schriftlezingen van volgende zondag. In het boek Deuteronomium lezen we hoe God met sterke hand en uitgestrekte arm zijn volk uit de slavernij van Egypte heeft geleid (Deut. 5,12-15). Gods hand brengt bevrijding, toont het volk de weg naar leven en geluk. Om dit niet te vergeten zal het volk de zevende dag in ere moeten houden. De zevende dag is in de Bijbel de dag van de rust en de voltooiing. De hand die werkt mag dan rusten. Zodat we ons vrij weten voor God en zijn beloften.
In het evangelie vertelt Marcus ons over een man met een verschrompelde hand (Marcus 2,23-3,6). Voor die man betekende die hand onvrijheid, misschien zelfs vernedering. “Steek je hand uit,” zegt Jezus tot hem. En hij geneest ze. Voortaan zal die man met zijn hand weer goed kunnen doen, hij zal ze kunnen uitsteken naar anderen die hem op hun beurt nodig hebben. Zo heeft Jezus het ons voorgedaan. Met zijn handen heeft hij gezegend en wel gedaan, heeft hij mensen aangeraakt, wonden verzacht en pijn weggenomen. Handen die helen en strelen. Beeld van Gods goedheid die aan het licht wil komen.
Steek je hand uit
Het evangelie vertelt hoe Jezus met zijn leerlingen door de korenvelden wandelt en hoe ze eten van de aren. Het lijkt een idyllische wandeling. Maar dat is het niet. Er zit een dringende roep achter. De oogst wacht, er zijn zoveel noden, Gods belofte wil waar gemaakt worden voor zovelen. Bovendien hebben zijn tegenstrevers het gezien en weerklinkt onmiddellijk hun roep: “Dat mag niet op sabbat!” Voor Jezus geldt dat zelfs de wetten van de sabbat dan moeten wijken. Als de bruidegom in aantocht is, ga je toch niet vasten. Dan wil je mee ingaan op het feest dat hij ons bereidt. Wie honger heeft, mag zich voeden aan het voedsel dat God hem geeft. De sabbat is er juist om mensen daar aan te herinneren.
Steek je hand maar uit, zegt Jezus ook tot ons. Pluk van het goede dat God voor je wil. Geef hem een plaats in je leven. Soms herinnert een heldendaad ons eraan hoe wij dat kunnen.
Jos Houthuys